Tweerichtingaffiniteit maakt meerdere exemplaren van NLB op dezelfde host, die met elkaar samenwerken om ervoor te zorgen dat reacties van gepubliceerde servers via de juiste ISA-servers in een cluster worden gerouteerd. Tweerichtingaffiniteit wordt doorgaans gebruikt als NLB is geconfigureerd met ISA-servers (Internet Security and Acceleration). Als tweerichtingaffiniteit niet consistent is bij alle NLB-hosts of als NLB tweerichtingaffiniteit niet kan worden geïnitialiseerd, blijft het NLB-cluster in de convergentiestatus tot er een consistente teamconfiguratie wordt gedetecteerd.
De configuratie van tweerichtingaffiniteit moet op alle clusterhosts identiek zijn. Het team waarin dit cluster deelneemt wordt als inactief gemarkeerd en dit cluster behoudt zijn convergentiestatus tot er een consistente teamconfiguratie wordt gedetecteerd. U dient eerst de tweerichtingaffiniteit opnieuw te configureren en daarna het NLB-cluster opnieuw te starten.
De tweerichtingaffiniteit opnieuw configureren
Configureer de instellingen van de tweerichtingaffiniteit opnieuw door de servertoepassingtools te gebruiken. Als het NLB-cluster een ISA-cluster (Internet Security and Acceleration Server) is, gebruik dan de configuratie van de ISA-server. Zie ISA-serverdocumentatie voor meer informatie over het configureren van tweerichtingaffiniteit.
Het NLB-cluster opnieuw starten
Zo start u het NLB-cluster:
Open een opdrachtpromptvenster met verhoogde bevoegdheden. Klik op Start, ga naar Alle programma's, klik op Bureau-accessoires, klik met de rechtermuisknop op Opdrachtprompt en klik op Als administrator uitvoeren.
Typ nlb.exe reload, waarmee de huidige parameters van het NLB-stuurprogramma vanuit het register worden geladen.
Typ nlb.exe start, waarmee de clusterbewerkingen op de opgegeven hosts worden gestart.
U kunt de configuratie ook opnieuw laden en het clusterknooppunt opnieuw starten via onderstaande koppelingen:
Configuratie opnieuw laden
NLB-knooppunt stoppen
NLB-knooppunt starten
Target | Microsoft.Windows.NetworkLoadBalancing.6.2.ServerRole |
Category | Alert |
Enabled | True |
Alert Generate | False |
Remotable | True |
ID | Module Type | TypeId | RunAs |
---|---|---|---|
DS | DataSource | Microsoft.Windows.NetworkLoadBalancing.EventProvider | Default |
WA | WriteAction | Microsoft.Windows.NetworkLoadBalancing.6.2.GenerateAlert.SuppressByDescription | Default |
WriteToDB | WriteAction | Microsoft.Windows.NetworkLoadBalancing.6.2.CollectEvent | Default |
<Rule ID="Microsoft.Windows.NetworkLoadBalancing.6.2.BiDirectional.affinity.team.configuration.warning" Enabled="onEssentialMonitoring" Target="Microsoft.Windows.NetworkLoadBalancing.6.2.ServerRole" ConfirmDelivery="true" Remotable="true" Priority="Normal" DiscardLevel="100">
<Category>Alert</Category>
<DataSources>
<DataSource ID="DS" TypeID="NLBLibrary!Microsoft.Windows.NetworkLoadBalancing.EventProvider">
<Criteria>
<RegExExpression>
<ValueExpression>
<XPathQuery>EventDisplayNumber</XPathQuery>
</ValueExpression>
<Operator>MatchesRegularExpression</Operator>
<Pattern>^(62|60|59)$</Pattern>
</RegExExpression>
</Criteria>
</DataSource>
</DataSources>
<WriteActions>
<WriteAction ID="WA" TypeID="Microsoft.Windows.NetworkLoadBalancing.6.2.GenerateAlert.SuppressByDescription">
<Priority>1</Priority>
<Severity>1</Severity>
<AlertMessageId>$MPElement[Name="Microsoft.Windows.NetworkLoadBalancing.6.2.BiDirectional.affinity.team.configuration.warning.AlertMessage"]$</AlertMessageId>
<EnableAlert>true</EnableAlert>
</WriteAction>
<WriteAction ID="WriteToDB" TypeID="Microsoft.Windows.NetworkLoadBalancing.6.2.CollectEvent">
<CollectEvent>false</CollectEvent>
</WriteAction>
</WriteActions>
</Rule>