Bewaakt het prestatiemeteritem Geheugen\Percentage toegewezen bytes in gebruik.
Het percentage toegewezen bytes in gebruik (Geheugen\Percentage toegewezen bytes in gebruik) voor het systeem heeft de drempelwaarde overschreden. De prestaties van het hele systeem kunnen aanzienlijk afnemen, hetgeen resulteert in slechte prestaties van besturingssysteem en toepassingen.
Het prestatiemeteritem Percentage toegewezen bytes in gebruik is de verhouding tussen Geheugen\Toegewezen bytes en de Geheugen\Toewijzingslimiet. Toegewezen bytes is de hoeveelheid toegewezen virtueel geheugen terwijl de toewijzingslimiet de hoeveelheid virtueel geheugen is die kan worden toegewezen zonder uitbreiding van het wisselbestand/de wisselbestanden.
Wanneer deze prestatiedrempelwaarde is overschreden, is dit vaak een indicatie dat het wisselbestand niet kon worden uitgebreid, of niet snel genoeg kon worden uitgebreid, om te voldoen aan de geheugenvereisten van toepassingen.
De hoeveelheid beschikbaar fysiek geheugen kan laag worden in de volgende omstandigheden:
Er worden te veel toepassingen tegelijkertijd uitgevoerd op de computer.
Een toepassing kan in de loop der tijd geheugenlekkage vertonen.
Om te controleren of er zich overmatig wisselbestandgebruik voordoet, vermenigvuldigt u de waarden voor de prestatiemeteritems Aantal seconden per gegevensoverdracht (een item voor de fysieke schijf) en Pagina's per seconde. Indien de uitkomst meer dan 0,1 is, neemt het wisselbestandgebruik meer dan 10 procent van de schijftoegangstijd in beslag. Indien dit gedurende een langere periode zo is, hebt u waarschijnlijk meer geheugen nodig.
Controleer vervolgens op overmatig wisselbestandgebruik vanwege toepassingen die worden uitgevoerd. Stop de toepassing met de hoogste werksetwaarde, indien mogelijk, en controleer of hierdoor de frequentie van het wisselbestandgebruik drastisch verandert. Controleer het prestatiemeteritem Pagina's per seconde in Systeemmonitor indien u overmatig wisselbestandgebruik vermoedt. Dit prestatiemeteritem, dat onderdeel is van het objecttype Geheugen, geeft het aantal pagina's weer dat van de schijf moest worden gelezen omdat deze zich niet in het fysieke geheugen bevonden. (Dit prestatiemeteritem verschilt van Paginafouten per seconde, wat alleen aangeeft dat gegevens niet onmiddellijk beschikbaar waren in de opgegeven werkset in het geheugen.)
Een beheerder kan het probleem van onvoldoende fysiek geheugen oplossen met een van de volgende methoden:
een of meer toepassingen, services of processen sluiten of stoppen,
fysiek geheugen aan de computer toevoegen,
toepassingen naar een of meer andere computers (alleen van toepassing op servers) verplaatsen.
Als het systeem voorzien is van voldoende fysiek geheugen voor de door de toepassingen veroorzaakte belasting, maar de drempelwaarde voor het beschikbare fysieke geheugen overschreden blijft worden, is het mogelijk dat een van de toepassingen geheugen lekt. Doe het volgende om te zoeken naar de toepassing die lekt:
Open Systeemmonitor en controleer de volgende systeembrede prestatiemeteritems gedurende een periode:
Wisselbestand\Percentage gebruik
Wisselbestand\Percentage
Geheugen\Niet-wisselbare bytes
Geheugen\Wisselbare bytes
Als een van deze prestatiemeteritems gedurende een periode blijft toenemen, is het mogelijk dat een toepassing geheugen lekt. Om de recente geschiedenis van deze prestatiemeteritems te bekijken, kunt u gebruikmaken van de volgende weergave:
Als u vermoedt dat het systeem geheugen lekt, kunt u de specifieke toepassing identificeren door de volgende prestatiemeteritems te controleren voor elk proces dat wordt uitgevoerd door gebruik te maken van Systeemmonitor:
Proces\Wisselbestanden (bytes)
Proces\Niet-wisselbaar geheugen: bytes
Proces\Wisselbaar geheugen: bytes
Proces\Privébytes
Proces\Aantal threads
Indien u een voortdurende en aanzienlijke toename opmerkt in een van deze prestatiemeteritems, kan het nodig zijn om contact op te nemen met de leverancier van de toepassing voor ondersteuning.
Target | Microsoft.Windows.Server.10.0.OperatingSystem | ||
Parent Monitor | System.Health.PerformanceState | ||
Category | PerformanceHealth | ||
Enabled | False | ||
Instance Name | Memory | ||
Counter Name | \% Committed Bytes In Use | ||
Frequency | 120 | ||
Alert Generate | True | ||
Alert Severity | Error | ||
Alert Priority | Normal | ||
Alert Auto Resolve | True | ||
Monitor Type | System.Performance.ConsecutiveSamplesThreshold | ||
Remotable | True | ||
Accessibility | Public | ||
Alert Message |
| ||
RunAs | Default |
<UnitMonitor ID="Microsoft.Windows.Server.10.0.OperatingSystem.PercentCommittedBytesInUse" Accessibility="Public" Enabled="false" Target="ServervNext!Microsoft.Windows.Server.10.0.OperatingSystem" ParentMonitorID="SystemHealth!System.Health.PerformanceState" Remotable="true" Priority="Normal" TypeID="SystemPerf!System.Performance.ConsecutiveSamplesThreshold" ConfirmDelivery="false">
<Category>PerformanceHealth</Category>
<AlertSettings AlertMessage="Microsoft.Windows.Server.10.0.OperatingSystem.PercentCommittedBytesInUse.AlertMessage">
<AlertOnState>Error</AlertOnState>
<AutoResolve>true</AutoResolve>
<AlertPriority>Normal</AlertPriority>
<AlertSeverity>Error</AlertSeverity>
<AlertParameters/>
</AlertSettings>
<OperationalStates>
<OperationalState ID="UnderThreshold" MonitorTypeStateID="ConditionFalse" HealthState="Success"/>
<OperationalState ID="OverThreshold" MonitorTypeStateID="ConditionTrue" HealthState="Error"/>
</OperationalStates>
<Configuration>
<ComputerName>$Target/Host/Property[Type="Windows!Microsoft.Windows.Computer"]/NetworkName$</ComputerName>
<CounterName>% Committed Bytes In Use</CounterName>
<ObjectName>Memory</ObjectName>
<InstanceName/>
<Frequency>120</Frequency>
<Threshold>80</Threshold>
<Direction>greater</Direction>
<NumSamples>3</NumSamples>
</Configuration>
</UnitMonitor>