Los problemen op met de connectiviteit met een domeincontroller.
Los problemen op met de connectiviteit met een domeincontroller.
De monitor gebruikt één configuratieparameter die bepaalt of de afdrukspooler moet worden bewaakt wanneer de gebeurtenislogboeken van Microsoft-Windows-PrintService/Admin en Microsoft-Windows-PrintService/Operational zijn ingeschakeld en de gebeurtenislogboekservice opnieuw wordt gestart. Standaard wordt de afdrukspooler alleen als de gebeurtenislogboeken van Microsoft-Windows-PrintService/Admin en Microsoft-Windows-PrintService/Operational zijn ingeschakeld.
Problemen oplossen met de connectiviteit met een domeincontroller:
Open op de afdrukserver het opdrachtpromptvenster en typ ipconfig /all op de opdrachtregel.
Zorg ervoor dat de afdrukserver een IP-adres heeft in het juiste IP-adresbereik en dat deze geen Automatic Private IP Addressing (APIPA)-adres heeft (een IP-adres in het bereik169.254.xx).
Typ het loopback-adres 127.0.0.1 om te controleren of TCP/IP is geïnstalleerd en of dit juist is geconfigureerd op de lokale computer. Als de ping niet slaagt, kan dit aangeven dat er een beschadigde TCP/IP-stack is of dat er een probleem is met de netwerkadapter.
Test of u het lokale IP -adres kunt pingen. Als u wel het loopback-adres kunt pingen, maar niet het lokale IP-adres, kan er een probleem zijn met de routingtabel of met het stuurprogramma van de netwerkadapter.
Ping de DNS-servers. Als u de DNS-servers niet kunt pingen, geeft dit aan dat er mogelijk een probleem is met de DNS-servers of met het netwerk tussen de afdrukserver en de DNS-servers. Het kan ook betekenen dat de DNS-servers niet zijn geconfigureerd om te reageren op ping-verzoeken. Om te bepalen of dit het geval is, pingt u de DNS-servers vanaf een computer waarvan u weet dat deze goed functioneert op het netwerk.
print_server_name
print_server_name
Als de opdracht nslookup mislukt, maar u kunt de DNS-server wel pingen of er anderszins toegang toe krijgen, start u de DNS-serverservice op de DNS-server. Open hiertoe de invoegtoepassing Services in de map Systeembeheer, selecteer de DNS-serverservice en klik op de werkbalkknop Service opnieuw starten.
Probeer om de printer opnieuw te publiceren.
Target | Microsoft.Windows.Server.10.0.PrintServerRole | ||
Parent Monitor | System.Health.AvailabilityState | ||
Category | StateCollection | ||
Enabled | False | ||
Alert Generate | True | ||
Alert Severity | MatchMonitorHealth | ||
Alert Priority | Normal | ||
Alert Auto Resolve | True | ||
Monitor Type | Microsoft.Windows.2SingleEventLog2StateMonitorType | ||
Remotable | True | ||
Accessibility | Public | ||
Alert Message |
| ||
RunAs | Default |
<UnitMonitor ID="Microsoft.Windows.Server.10.0.PrintServer.PrintQueue.ADDSPrinterPublishing.System.Troubleshootconnectivitywithadomaincontroller.EventBased.UnitMonitor" Accessibility="Public" Enabled="false" Target="Microsoft.Windows.Server.10.0.PrintServerRole" ParentMonitorID="SystemHealth!System.Health.AvailabilityState" Remotable="true" Priority="Normal" TypeID="Windows!Microsoft.Windows.2SingleEventLog2StateMonitorType" ConfirmDelivery="true">
<Category>StateCollection</Category>
<AlertSettings AlertMessage="Microsoft.Windows.Server.10.0.PrintServer.PrintQueue.ADDSPrinterPublishing.System.Troubleshootconnectivitywithadomaincontroller.EventBased.UnitMonitor.AlertMessage">
<AlertOnState>Error</AlertOnState>
<AutoResolve>true</AutoResolve>
<AlertPriority>Normal</AlertPriority>
<AlertSeverity>MatchMonitorHealth</AlertSeverity>
<AlertParameters>
<AlertParameter1>$Data/Context/EventDescription$</AlertParameter1>
</AlertParameters>
</AlertSettings>
<OperationalStates>
<OperationalState ID="Negative" MonitorTypeStateID="FirstEventRaised" HealthState="Error"/>
<OperationalState ID="Success" MonitorTypeStateID="SecondEventRaised" HealthState="Success"/>
</OperationalStates>
<Configuration>
<FirstComputerName>$Target/Host/Property[Type="Windows!Microsoft.Windows.Computer"]/NetworkName$</FirstComputerName>
<FirstLogName>Microsoft-Windows-PrintService/Admin</FirstLogName>
<FirstExpression>
<And>
<Expression>
<SimpleExpression>
<ValueExpression>
<XPathQuery Type="String">PublisherName</XPathQuery>
</ValueExpression>
<Operator>Equal</Operator>
<ValueExpression>
<Value Type="String">Microsoft-Windows-PrintService</Value>
</ValueExpression>
</SimpleExpression>
</Expression>
<Expression>
<RegExExpression>
<ValueExpression>
<XPathQuery Type="UnsignedInteger">EventDisplayNumber</XPathQuery>
</ValueExpression>
<Operator>MatchesRegularExpression</Operator>
<Pattern>^(328|329)$</Pattern>
</RegExExpression>
</Expression>
</And>
</FirstExpression>
<SecondComputerName>$Target/Host/Property[Type="Windows!Microsoft.Windows.Computer"]/NetworkName$</SecondComputerName>
<SecondLogName>Microsoft-Windows-PrintService/Operational</SecondLogName>
<SecondExpression>
<And>
<Expression>
<SimpleExpression>
<ValueExpression>
<XPathQuery Type="String">PublisherName</XPathQuery>
</ValueExpression>
<Operator>Equal</Operator>
<ValueExpression>
<Value Type="String">Microsoft-Windows-PrintService</Value>
</ValueExpression>
</SimpleExpression>
</Expression>
<Expression>
<RegExExpression>
<ValueExpression>
<XPathQuery Type="UnsignedInteger">EventDisplayNumber</XPathQuery>
</ValueExpression>
<Operator>MatchesRegularExpression</Operator>
<Pattern>^(332|334|336|338|342|343|344|345|346)$</Pattern>
</RegExExpression>
</Expression>
</And>
</SecondExpression>
</Configuration>
</UnitMonitor>