Hiermee bewaakt u de status van de Windows-service voor de browser van de computer. Houd er rekening mee dat deze controle niet wordt uitgevoerd op Nano Server (de status van de controle is altijd In orde).
De service Computer Browser bevat een lijst met computernamen die op het netwerk aanwezig zijn en verzendt deze lijst naar clients. De service assisteert in het proces voor naamomzetting en wordt gebruikt voor netwerken waarvoor Active Directory niet is ingeschakeld en voor compatibiliteit met clientcomputers waarop Windows NT 4.0 wordt uitgevoerd. Als deze service is gestopt kunnen clients op netwerken waarvoor Active Directory niet is ingeschakeld en clients met Windows NT 4.0 mogelijk geen computers op naam bereiken.
Houd er rekening mee dat deze controle niet wordt uitgevoerd op Nano Server (de status van de controle is altijd In orde).
Er kan een groot aantal redenen zijn waarom een service is gestopt, bijvoorbeeld:
De service is gestopt door een beheerder.
Door de service is een uitzondering aangetroffen waardoor de service is gestopt.
De service is niet goed geconfigureerd, waardoor deze niet kan worden gestart.
De service kan niet worden gestart omdat het gebruikersaccount dat aan de service is toegewezen niet kan worden geverifieerd.
De service kan opnieuw worden gestart via de module Services die kan worden geopend via de volgende taak van de console Computerbeheer:
De console Computerbeheer starten
Target | Microsoft.Windows.Server.10.0.OperatingSystem | ||
Parent Monitor | Microsoft.Windows.Server.10.0.OperatingSystem.CoreServicesRollup | ||
Category | StateCollection | ||
Enabled | False | ||
Alert Generate | True | ||
Alert Severity | Error | ||
Alert Priority | Normal | ||
Alert Auto Resolve | True | ||
Monitor Type | Microsoft.Windows.CheckNTServiceStateMonitorType | ||
Remotable | True | ||
Accessibility | Public | ||
Alert Message |
| ||
RunAs | System.PrivilegedMonitoringAccount |
<UnitMonitor ID="Microsoft.Windows.Server.10.0.OperatingSystem.ComputerbrowserServiceHealth" RunAs="System!System.PrivilegedMonitoringAccount" Accessibility="Public" Enabled="false" Target="ServervNext!Microsoft.Windows.Server.10.0.OperatingSystem" ParentMonitorID="Microsoft.Windows.Server.10.0.OperatingSystem.CoreServicesRollup" Remotable="true" Priority="Normal" TypeID="Windows!Microsoft.Windows.CheckNTServiceStateMonitorType" ConfirmDelivery="false">
<Category>StateCollection</Category>
<AlertSettings AlertMessage="Microsoft.Windows.Server.10.0.OperatingSystem.ComputerbrowserServiceHealth.AlertMessage">
<AlertOnState>Error</AlertOnState>
<AutoResolve>true</AutoResolve>
<AlertPriority>Normal</AlertPriority>
<AlertSeverity>Error</AlertSeverity>
<AlertParameters>
<AlertParameter1>$Target/Host/Property[Type="Windows!Microsoft.Windows.Computer"]/PrincipalName$</AlertParameter1>
</AlertParameters>
</AlertSettings>
<OperationalStates>
<OperationalState ID="NotRunning" MonitorTypeStateID="NotRunning" HealthState="Error"/>
<OperationalState ID="Running" MonitorTypeStateID="Running" HealthState="Success"/>
</OperationalStates>
<Configuration>
<ComputerName>$Target/Host/Property[Type="Windows!Microsoft.Windows.Computer"]/NetworkName$</ComputerName>
<ServiceName>Browser</ServiceName>
</Configuration>
</UnitMonitor>